Spoedwetgeving op het terrein van Justitie & Veiligheid
Bestaande wetgeving biedt al veel ruimte om praktische problemen op te lossen die het gevolg zijn van de Coronacrisis. Waar dat niet het geval is, zijn nieuwe tijdelijke wettelijke voorzieningen of aanpassingen nodig. Dit kan deels met terugwerkende kracht. Zo kan de rechtspraak in meer gevallen elektronische communicatiemiddelen inzetten. Er wordt al gebruik gemaakt van videoverbindingen tijdens een mondelinge behandeling. Straks kan dit vaker worden toegepast, zodat bijvoorbeeld een advocaat of een procespartij niet fysiek hoeft te verschijnen omdat met beeldbellen kan worden volstaan.
Ten aanzien van dit laatste is de KBvG een werkwijze overeengekomen met de Rechtspraak en Justitie & Veiligheid, welke ervoor moet zorgen dat de kantonzaken weer voortgang krijgen. Met de Rechtspraak is afgesproken dat als gedaagde (klant-debiteur) wordt gedagvaard na 6 april 2020, deze dan een brief ontvangt van de Rechtspraak die door de gerechtsdeurwaarder wordt afgegeven bij de dagvaarding. De brief bevat aanwijzingen op welke manier de gedaagde alsnog mondeling kan reageren tijdens de zitting.
De hierboven geschetste werkwijze is opgenomen in een Spoedwet. Deze spoedwet is inmiddels geaccordeerd door de ministerraad en toegezonden aan de Raad van State voor advies. De officiële inwerkingtreding volgt dus op een later tijdstip, maar de verplichting zal met terugwerkende kracht vanaf 7 april 2020 gelden.
Bijlage: ‘Brief Rechtspraak behorend bij dagvaarding’